Gedreven naar de top

De twee uur durende ochtendtraining is nog maar net afgelopen of turners Elwin Lok en Fabian Duijzend komen even na tienen ontspannen aangelopen in sportcentrum Victorium. Dit is de plek en het moderne onderkomen van CSE Topsportacademie Nederland en Turnacademie Regio Zwolle waar ze 23 tot 30 uur per week trainen met als doel de turntop te halen.

Dagelijkse ritme

De één (Fabian) heeft deze ochtend op brug en rek zijn oefeningen gedraaid, de ander (Elwin) heeft in de ringen gehangen en op vloer zijn oefeningen gedaan. Half augustus zijn ze na drie weken vrijaf weer begonnen aan hun trainingsprogramma. Om niet direct met een achterstand te beginnen, hebben ze in de vakantie hun conditie op peil gehouden. ‘Onze ervaring is dat elke week stilstand twee weken in beslag neemt om weer bij te trekken’, licht Michael Hollander, sportmanager bij het CSE en initiatiefnemer van de Turnacademie Regio Zwolle, toe.

Vaste elementen

De warming-up is het eerste onderdeel van de training, waar de turners onder meer warmlopen en waar veelzijdige beweegvormen aan worden toegevoegd. Dan volgen twee blokken van elk 15 minuten, het eerste met mobiliteitsoefeningen, het tweede deel met complexere leningheidsoefeningen. ‘Eenmaal warm gaan ze krachttrainen en heffen. De warming-up bestaat altijd uit drie fases: doorbloeding van het lichaam, lenigheid en core-stability. Daarna gaan de turners aan het werk op hun eigen toestellen en onderdelen’, vertelt Michael. ‘We kijken continu naar de belastbaarheid van onze sporters. Wat ze fysiek aankunnen is deels afhankelijk van hun leeftijd. Het dagelijkse check-in gesprek met de individuele turner en het ‘oog van de meester’ is voor ons daarbij van belang, maar we monitoren ook steeds meer op basis van data.’

Niet om de hoek

Een paar jaar geleden is de nu 22-jarige Elwin vanuit het inmiddels opgeven Turnteam Drenthe naar Zwolle overgestapt. Naast turnen op hoog niveau studeert Elwin aan de Rijksuniversiteit in Groningen. Daar volgt hij de opleiding Econometrics and Operations Research. ‘Zowel sport als studie is niet om de hoek, maar ik word volop ondersteund. Doordeweeks rij ik met de auto in 50 minuten van mijn woonplaats Valthe naar de turnhal. Tussen de trainingen studeer ik. Soms kies ik ervoor om een fysiek college bij te wonen, afhankelijk van wat er behandeld wordt.’ 

De 13-jarige Fabian is op het openbaar vervoer aangewezen en is langer onderweg dan zijn teamgenoot: ‘Om half zes gaat mijn wekker, zodat ik om 8.00 uur aan de ochtendtraining in Victorium kan beginnen. Ook voor mij geldt dat ik tussen de trainingen door naar school ga. Gelukkig kan ik dat lopend af en zit ik binnen 5 minuten in het leslokaal van het CSE. Ik zit nu in de 2e klas van het vwo op het CSE. Na de middagtraining stap ik weer op de fiets richting het station, reis naar Varsseveld en ben om 20.15 uur thuis. Lange dagen, maar op zondag ben ik vrij! ‘Het is het allemaal waard, al was het alleen al dat ik mijn vrienden regelmatig nieuwe trucjes kan laten zien’, lacht hij.

Turner Elwin Lok in opperste concentratie tijdens een turnoefening.

‘Stel je niet zo aan, mam!’

De moeder van Fabian beseft maar al te goed dat haar zoon er veel voor opzij moet zetten. ‘Ik voel me vanwege de hoeveelheid trainingsuren en reistijd soms een moeder die haar verantwoordelijkheid niet neemt. Maar als ik dan de lichtjes in de ogen van Fabian zie als hij aan turnen denkt…Die drive, nooit op willen geven. Mijn hart is een paar keer overgeslagen bij nieuwe vluchtelementen. Wat als hij die rekstok niet pakt…Gelukkig kijkt Fabian er nuchter tegenaan: ‘Dan val ik op de dikke mat, mam. ‘Stel je niet zo aan!’ Dat relativeert, maar typeert ook zijn ambitie. Er is voor hem geen wereld zonder turnen.’

Elkaar verder helpen

De 24 turners die op dit moment trainen bij de Turnacademie Regio Zwolle kunnen goed met elkaar overweg. ‘In mijn ogen een belangrijke basis om te kunnen presteren’, zegt Elwin. ‘En het is ook gezellig’, vult Fabian aan. Ondanks het leeftijdsverschil tussen alle sporters helpen ze elkaar regelmatig. Elwin: ‘Als ik iets zie bij iemand anders en ik kan een tip geven dan doe ik dat. Ook moedig ik anderen aan als ze iets spannend of moeilijk vinden.’ Fabian denkt er hetzelfde over, maar is iets terughoudender: ‘Als het turnelementen zijn die ik zelf ook kan, denk ik mee, anders niet.’

Liefde voor turnen

De liefde voor turnen is bij Fabian ontstaan op de trampoline. Daar begon het vuurtje te branden en zag zijn vader ook hoeveel plezier hij eraan beleefde. Hij turnde voor het eerst bij de Varsseveldse Gymnastiek Vereniging. In groep 8 van de basisschool volgde de overstap naar de Turnacademie Regio Zwolle en CSE Topsportacademie Nederland. Een grote, ingrijpende stap, maar wel eentje die hem tot op de dag van vandaag plezier oplevert: ‘Nooit eerder heb ik een topsportprogramma gevolgd. Nu word ik stap voor stap beter en boek ik nog veel meer vooruitgang. Ik wil heel graag meedoen aan het EK. ‘En uiteindelijk wil ik de Olympische Spelen halen.’

Bij Elwin is de liefde voor de sport niet veel anders: ‘Turnen is een mooie sport. Ik geniet ervan dat ik bij de turnacademie de sport mag beoefenen waar ik zo van hou. Natuurlijk is het niet altijd leuk, moet ik regelmatig doorzetten. Door ervan te genieten is het harde werken goed vol te houden.’

Volg de Turnacademie Regio Zwolle: